Aandelenkoersen daalden recent weer stevig. Voor veel beleggers is dat
ondertussen reden genoeg om de spreekwoordelijke handdoek in de ring te
gooien. En heel onlogisch is dat niet: de situatie van de euro lijkt alsmaar
te verslechteren. En daarnaast spelen nog vele andere problemen.

Denk bijvoorbeeld aan de groeiende overheidstekorten, het gebrek aan
structurele hervormingen in veel Westerse landen of de afkoelende Chinese
economie. Aan terrorisme en klimaatverandering. Of aan de nucleaire
aspiraties van Noord-Korea en Iran. Of aan de Westerse babyboomers die
spoedig met pensioen zullen gaan maar waarvoor in veel landen maar amper
gespaard is. Aan gegronde redenen om somber te zijn geen gebrek.

Professor Siegel

Wellicht dat u al eens van hem gehoord heeft: professor Jeremy Siegel,
verbonden aan de beroemde University of Pennsylvania. Professor Siegel is
vooral bekend van het onderzoek dat hij deed naar het reële rendement (voor
inflatie gecorrigeerd dus) van verschillende beleggingscategorieën sinds
1802.

En zijn conclusie is glashelder: geen enkele beleggingscategorie komt ook maar
enigszins bij het rendement van aandelen in de buurt. Eén dollar
geïnvesteerd in aandelen in 1802 zou vandaag de dag – gecorrigeerd voor
inflatie – 613 duizend dollar waard zijn. Eén dollar geïnvesteerd in goud –
wederom voor inflatie gecorrigeerd – zou uitgegroeid zijn tot 4 dollar (!).

En uiteraard zou het een misverstand zijn om te denken dat er de afgelopen 210
jaar geen problemen waren. Denk aan tal van recessies en meerdere
depressies. Aan periodes van torenhoge inflatie. En periodes van alsmaar
dalende prijzen: deflatie.

Of aan de Amerikaanse burgeroorlog en aan de Eerste en de Tweede Wereldoorlog.
Aan de Koude Oorlog, terroristische aanslagen en verschillende (kostbare)
oorlogen waarbij de VS betrokken raakte. Maar ondanks al die rampspoed
leverden aandelen - gecorrigeerd voor inflatie - een fantastisch rendement
op.

Staatsobligaties geen alternatief

Voor de aardigheid kijken we eens naar 's werelds belangrijkste aandelenindex:
de Amerikaanse S&P 500. Deze index noteert momenteel zo'n 1.320 punten.
Verwacht wordt dat ieder fictief S&P 500-aandeel komend jaar goed zal
zijn voor een winst van circa 120 dollar. De koers/winst-verhouding van de S&P
500 valt daarmee te becijferen op 11.

Ter indicatie: de afgelopen 50 jaar waren beleggers bereid om gemiddeld 16,4
keer de winst te betalen. Dat is 50 procent meer dan nu. Overigens waren
aandelen soms een tijdlang nog wel goedkoper dan de huidige waardering van
11 keer de winst.

Echter, in al die gevallen was er sprake van een aantrekkelijk alternatief
voor aandelen: staatsobligaties. In eerdere periodes van lage
aandelenwaarderingen waren er altijd solide staatsobligaties die een
aantrekkelijk rendement opleverden. Dat alternatief is er nu niet.

Hendrik Oude Nijhuis heeft zich jarenlang verdiept in de strategieën van 's
werelds beste beleggers en is tevens oprichter van warrenbuffett.nl
over de beleggingsstrategie van Warren Buffett. Deze column is niet
bedoeld als individueel advies tot het doen van beleggingen.

Lees ook:

Meer
artikelen van Hendrik Oude Nijhuis

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl